Van den Brink bij Van Ginkel tot helikopter
Bij een crash in de zesde etappe van de Libya Rally heeft Alex van Ginkel zijn schouderblad gebroken. De klassementsleider bij de motoren werd per helikopter naar het ziekenhuis gebracht en maakt het goed. Hij zal morgen bij de finish van de rally zijn. De nummers 2, 3 en 4 van de dag ervoor – Kim de Rycker, Giovanni Stigliano en Martin van den Brink – werkten nauw samen om de hulpverlening op gang te krijgen in het gebied zonder mobiel bereik en bleven bij Van Ginkel tot die in de helikopter lag.
De etappe van Icht naar Tan-Tan ging over een route met veel en grote keien. De vier voorste motorrijders reden niet ver uit elkaar op een gedeelte, na de tankstop, waar enorm veel stenen lagen. “Dan ga je langzamer rijden”, vertelde Martin van den Brink, “maar dat is juist niet handig. Ik ben zelf drie keer gevallen omdat ik te langzaam reed. Dan ben je niet scherp en tikt zo het voorwiel weg op een steen. Dat is bij Alex ook gebeurd: hij reed helemaal niet hard. Hij is gewoon ongelukkig terecht gekomen, met zijn schouder op een steen.”
Uitstekende vierde plaats ondanks ‘heftig dagje’
Martin van den Brink leverde in de vijfde etappe van de Libya Rally een uitstekende prestatie door als vierde motorrijder te finishen. Dat resultaat had hij te danken aan goede navigatie en scherp opletten in een deel met veel keien, waar een paar andere motorrijders fouten maakten die tot valpartijen leidden.
Zelf maakte Van den Brink ook een flinke klapper, waar hij wel last van had, maar die geen grote gevolgen had. “Ik heb geprobeerd het tempo constant te houden”, vertelde Van den Brink in het bivak bij Icht, in het zuiden van Marokko. “Dat lukte heel aardig, maar ik maakte daarbij de fout om te ver vooruit te kijken. Na de duinen was er een vlakte van een paar kilometer, die achteraf ook nog een soort duin bleek te zijn, die ineens een meter of drie, vier naar beneden ging. Ik ging nog van het gas af, maar kon geen kant op. Ik ben het gat in gesprongen en kwam op de wielen neer. De motor sloeg vol in de vering. Tja, ik weeg 90 kilo, dus die klap moest op een of andere manier worden opgevangen. Ik voelde mijn rug zo ongeveer knakken bij de landing en sloeg met mijn helm op de navigatie-apparatuur voorop de motor. Dat heb ik de rest van de dag wel gevoeld, hoor. Op de laatste 100 kilometer – verbinding over de weg – wist ik niet meer hoe ik moest zitten, dus ik was heel blij dat ik in het bivak was en mijn rust kon pakken.”
Afstap van 3 meter met de motor ‘niet zo fijn’
Met de truck maakte Martin van den Brink in de Dakar al kennis met een afstap van 3 meter. Vandaag deed hij dat in de derde etappe van de Libya Rally met de motor. En dat was, vertelde Van den Brink met gevoel voor understatement, ‘niet zo fijn’. Ondanks zijn letterlijke misstap reed Van den Brink een goede etappe en kwam hij (naar schatting) ongeveer als zesde over de finish in Zagora.
Martin van den Brink lekker op tijd aan een biertje
Doordat hij mooi op tijd klaar was met de vierde etappe van de Libya Rally, kon Martin van den Brink lekker genieten van een welverdiend koud biertje in het bivak bij Foum Zguid. Van den Brink finishte als zevende, ruim een uur achter Alex van Ginkel, en staat in het klassement van de motoren na vier etappes achtste.
Contact was vandaag een beetje lastig, doordat het bereik in het bivak erg slecht is, maar Van den Brink liet weten dat hij een goede dag had en tevreden is met het resultaat. Van zijn afstap in de derde etappe had hij weinig last meer gehad.
De etappe van Zagora naar Foum Zguid begon met een technisch, vaak trialachtig deel en eindigde met een duinenstrook van 30 km en Lac Iriki, een uitgestrekt zoutmeer. De motorrijders hadden, doordat ze als eersten starten, nog niet veel last van de opstekende wind die de deelnemers in de auto’s en trucks uiteindelijk al het zicht zou ontnemen.
Martin van den Brink ‘helemaal op’
De tweede etappe van de Libya Rally was met 30 kilometer duinen op het eind een pittige. Martin van den Brink kwam dan ook gesloopt aan in het bivak bij Kasbah Yasmina, aan de rand van de Erg Chebbi. “Ik ben helemaal op”, bekende Van den Brink.
Het duinen rijden met de motor is toch wel wat anders dan met de truck, merkte hij al snel. “Recht naar boven lukte niet altijd. Dan ben je bijna boven, moet je dat ding weer omkeren en opnieuw beginnen. Knap vermoeiend. Ook over de kam rijden had ik nog niet eerder op deze manier gedaan. Je ziet wel veel meer op de motor. Ik heb veel geleerd.”